Rouw

‘De tijd heelt alle wonden’, is een uitdrukking die nogal eens wordt gebezigd en niet zelden door mensen die niet hebben geleerd met verlies om te gaan. Rouwen is langzaam maar zeker beseffen dat je leven ingrijpend is veranderd door een betekenisvol verlies. Het is een bewustwordingproces dat een belangrijk verlies deel uit maakt van jouw persoonlijke levensverhaal.

Rouwen is niet voor niets een werkwoord, gaat met andere woorden niet vanzelf, simpelweg doordat de tijd verstrijkt. Het is overigens wel zo dat er ook op onbewust niveau wat gebeurt en in die zin speelt ‘tijd’ wel een rol. Rouwen is een normale, gezonde reactie op een verlies van wat ons dierbaar is. Het is de prijs die we betalen voor hechting.
Rouwen vraagt moed om pijn, verdriet en angst onder ogen te komen. Pas als je de pijn van het verlies kunt aangaan en het verlies aanvaart als behorend bij jouw levensgeschiedenis kun je verder. Verlies en loslaten zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Je kunt echter pas loslaten op het moment dat jij je iets toegeëigend hebt, op het moment dat je durft toe te geven en jij jezelf niet langer overschreeuwt. Alleen dat wat aan het licht komt, kan getransformeerd, kan geheeld worden. Vandaar dat onbewust gebleven verliezen (verdrongen verdriet) niet losgelaten kunnen worden en op onbewust niveau een enorme invloed doen gelden. Een verlies kan wel eerdere, onverwerkte verliezen naar boven halen, in je bewustzijn brengen, waardoor rouw soms heel complex kan zijn.

In al hun pijn en verdriet geven mensen nogal eens de schuld van hun lijden aan God. Zelf geloof ik niet in een God die beloont dan wel bestraft. Voor mij is God, Allah, Jaweh, de Bron, het Universum of welke benaming je ook verkiest, een hogere energietrilling die liefde heet, waar wij allemaal deel van uitmaken. Wij zijn hier op aarde om te ervaren en om ons bewustzijn zodanig te ontwikkelen dat wij leren dat waar het om gaat Liefde is. Daar kunnen wij ieder op onze eigen unieke wijze vorm en inhoud aan geven. Wij kunnen stap voor stap groeien tot bewustheid en de keus maken om af te stemmen op de hogere energietrilling die liefde heet en aldus te handelen. Wij kunnen ook kiezen en handelen uit hebzucht, macht, controle, angst of jaloezie en het mag voor zich spreken dat dat overeenkomstige effecten heeft. Niet alleen voor onszelf maar ook voor onze omgeving. Mijn zoontje gaf dat prachtig weer toen hij vier jaar was en zei, ‘mama, alles wat je doet, geeft’.
In plaats van de schuld aan God te geven, kunnen wij verantwoordelijkheid nemen voor onze gedachten, gevoelens en gedragingen en kunnen wij leren kiezen voor liefde. En omdat wij deel uitmaken van dat grotere geheel dat liefde heet, beschikken ook wij over liefdevolle krachten en kwaliteiten. Dat betekent niet dat wij alleen maar lief moeten zijn. Het betekent een recht doen aan jezelf en aan de ander. Het betekent je gevoelens serieus nemen. Heb de moed verdrietig, boos of depressief te zijn als je je zo voelt en wees liefdevol, aandachtig en positief als je dat bent. Je zult verbaasd staan van het effect.

Gevoelens echter worden nog al eens als lastig ervaren, worden weggeduwd of ontkend. Ik weet dat uit eigen ervaring, als geen ander. Maar gevoelens vertellen wat er met je aan de hand is en kunnen een bron van groei en transformatie betekenen. Verdrongen gevoelens daarentegen zullen zich altijd op enig moment op een vervormde manier aan je opdringen. Ik ben nog iedere dag lerende mijn gevoelens te beschouwen als mijn unieke kompas.

Kinderen en rouw

Helaas ontkomen ook kinderen niet aan verlies en verdriet. De eerste reactie is vaak kinderen weg te houden van verlies en afscheid, niet zelden ingegeven door het feit dat volwassenen niet weten hoe hier mee om te gaan. Hoe begrijpelijk zo’n reactie ook is, toch verdient het aanbeveling kinderen te betrekken bij een sterfgeval van een dierbare naaste. Wij bewijzen onze kinderen een onschatbare dienst door hen uitleg te geven over de dood en hen, al van jongs af aan, de ruimte te geven om verdriet te hebben.

Elisabeth Kubler-Ross zegt hierover:
‘Bescherm de kinderen niet teveel wanneer zij met de dood te maken krijgen. Ook zij moeten de stormen van het leven meemaken. Dat geeft hen kracht. Dit proces vergelijk ik met het groeien van planten bij een constante temperatuur. Je geeft ze genoeg licht en genoeg water. Ze worden dan heel mooi, maar ze zijn niet gewapend tegen storm. Als zulke mensen een keer niet zijn beschermd, bijvoorbeeld in het aangezicht van de dood, komen ze in opstand. Ze houden het niet vol. Ze hebben pijnstillers nodig, zijn vreselijk ongelukkig, zijn passief omdat ze nooit met deze tegenwind te maken hebben gehad. Hoe meer je leert om te gaan met alles wat het leven te bieden heeft, dus ook de nare dingen als de dood, hoe beter je bent toegerust, ook voor je eigen eindcrisis.’

Als kinderen hun onverwerkte verdriet, vaak vermengd met onterechte schuldgevoelens, meenemen in hun volwassen leven, dan zullen zij het later moeilijk krijgen lief te hebben of te vertrouwen.
Kinderen hebben dan ook recht op rouw. Zij doen dit echter, afhankelijk van hun leeftijd, op een eigen wijze. Belangrijk is om aan te sluiten bij hun eigen niveau. Eerst en vooral is een gevoel van veiligheid en geborgenheid nodig. Als dat door het beleven van eigen verdriet en pijn niet mogelijk is, zorg dan voor de nabijheid van een andere volwassene, waar het kind zich prettig bij voelt. Verder mogen wij het vertrouwen dat kinderen in ons, als volwassenen, hebben niet beschamen. Eerlijkheid is daarom van groot belang. Wat voor volwassenen geldt, geldt ook voor kinderen: neem gevoelens serieus. Kinderen verdienen het gezien en gehoord te worden in hun eigen ware verhaal.